Vertaling Bijbel, Kanttekeningen SV, [], Maar Hij, antwoordende, zeide tot dengene die Hem [dat] zeide: [44]Wie is Mijn moeder, en wie zijn Mijn broeders? 44. Christus spreekt hier niet uit verachting van zijn moeder, maar prijst alleen de geestelijke maagdschap boven de vleselijke.